ARCHITOUR  
Dimension 76 – mei 2025

Poot Architectuur

Een tocht in en rond Antwerpen brengt ons naar woningen en schoolprojecten van Poot Architectuur.

Grote Hond

In Zurenborg treffen we Sarah Poot in een gerenoveerde herenwoning, Grote Hond – zoals vaker is de projectnaam gebaseerd op de straatnaam. Poot Architectuur was verantwoordelijk voor de transformatie van het pand, uitgevoerd in twee fasen. Tussendoor ontwierpen ze nog een boekenkast. In de eerste fase werd de zolderverdieping omgevormd tot een kinderdomein. De drie slaapkamers, met mezzanine, geven uit op een loftachtige ontspanningsruimte. De tweede fase betrof de achterbouw, waarvoor de opdrachtgevers bij Rotor een lot marmer afkomstig uit het Noordstation op het oog hadden. Uit de natuursteen werd een monolithische sculptuur opgetrokken op de rand tussen binnen en buiten, met zitbanken die overgaan in de vensterbank en het keukenmeubel. Marmerstroken markeren de vloervlakken, die afwisselen tussen het bestaande parket en een nieuwe vloer in gepolierd beton. Kruisvormige stalen kolommen en lichtgrijze stalen raamkaders bepalen de slanke structuur van de indrukwekkende leefruimte. Het bovenlicht volgt de verdeling van het bestaande daklicht en versterkt de ruimtelijkheid en lichtinval.

Mozart

De volgende woning, project Mozart nabij het Harmoniepark, onderging een totale renovatie. De opdrachtgever had een duidelijke wens: op zondagochtend in de zon kunnen ontbijten. De hoge, gesloten achtergevel werd opengebroken, en een nieuwe aanbouw van verschillende verdiepingen integreert nu op elk niveau een terras. Omdat de woning meerdere verdiepingen telt, stelde de architecte voor om de leefruimte over twee niveaus te spreiden. Een halfronde opening in de vloer van de middelste ruimte trekt licht tot beneden en verbindt de twee etages. De woning is in de hoogte ontwikkeld, met de uitbreiding als een torentje dat tegen de muur van de buurwoning is aangebouwd. Op de eerste verdieping bevindt zich het bureau, terwijl de keuken op het gelijkvloers bijna dubbelhoog is. Het keukenmeubel reikt tot tegen het plafond en herbergt het toilet, dat aansluit op het bordes. Vanuit de keuken, en vooral door de vide in de woonkamer, krijg je zicht op het trappenhuis via grote binnenramen. De doorzichten en reflecties in het glas laden de ruimtelijke beleving op. De trappenhal is volledig wit geschilderd, net als de meeste muren in de andere ruimtes. Het plafond van de middelste ruimte kreeg hetzelfde groen als de keuken. Het scherpe contrast accentueert het profiel van de sierlijsten waar ze door de halfronde opening doorgesneden zijn.

Benedictus

Na deze twee woningen rijden we naar Mortsel voor woning Benedictus. Op een perceel tussen rijwoningen uit de jaren 50 en 60 ontwierp Sarah Poot een gezinswoning. De gebogen roodbakstenen gevel van deze nieuwbouw speelt in op de erkers van de huizen in de straat. De rondingen zijn doorgetrokken in de rest van de woning, met een ovale trap en een gebogen achtergevel. Achteraan verbindt de golvende lijn van de achtergevel de verschillende bouwdieptes van de buren en omarmt ze de zitput. De eenvoudige rode gevelstenen zijn verticaal gemetseld om de curve in kleinere facetten op te delen. In de voorgevel is de inkom uitgesneden, en ook het hoogste raam springt terug waardoor een bloembak ontstaat en de betonnen kroonlijst los komt van het gevelvlak. De vrijstaande ovale brievenbus is een voorbode voor wat binnen te vinden is. De ovale vorm komt terug in de deurgreep, het badkamerraam en de handgrepen van de ingebouwde kasten. Het culmineert in de ovale trap, waarop de deuren van kamers rechtstreeks uitgeven, waardoor gangen overbodig zijn. De ruimtelijke werking van de ellipsvormige betonnen trap in het hart van de woning roept de barok in herinnering.

Pius X

Van Mortsel gaat het terug naar Antwerpen, naar Pius X, een exemplarisch voorbeeld van verdichting in een dichte stedelijke context. Het bestaande schoolgebouw werd opgetopt met een lichte CLT- en staalstructuur. De nieuwe klaslokalen worden ontsloten in open lucht via gaanderijen die toegankelijk zijn via de bestaande trappenhuizen die een glazen bekroning kregen, als lantaarns. Grote betonnen bloembakken fungeren als balustrades aan de straatzijde. De klasramen langs de gaanderijen zijn uitgewerkt als uitspringende vitrinekasten, waar de richting mode hun werk kunnen tentoonstellen. De speelplaats werd gedeeltelijk onthard, en een betonnen tribune overbrugt het hoogteverschil naar de lagergelegen onderdoorgang.

Kasteel

De volgende school bevindt zich in het hart van een bouwblok. Vanaf de straat geeft enkel de historische gevel met het opschrift ‘Jongensschool’ aan dat zich hier een stedelijk lyceum bevindt. De voormalige jongensschool heeft zijn spiegelbeeld in een meisjesschool die geen onderdeel uitmaakte van deze opdracht en eerder werd verbouwd. Ook hier is de circulatie compact. Trappenhuizen ontsluiten op elke verdieping aan weerszijden twee klaslokalen. De toegang tot de trappenhuizen verloopt via de speelplaats. Daarom werd rondom de speelplaats een gaanderij toegevoegd, die plaatselijk verbreed is om een overdekte verblijfsplek te creëren. Tussen de lokalen zijn er vaak doorzichten en doorsteken. Het gebouw werd volledig gerestaureerd, waarbij op de bovenste verdieping de oorspronkelijke raamverdeling in ere werd hersteld – van achter het raam kan je een glimp opvangen van de sculpturen boven op het KMSKA. De wijnrode accentkleur die gekozen werd voor zowel de stalen structuren als het interieur van de lokalen, is ondertussen ook terug te vinden in het naastgelegen blok dat door de school zelf wordt aangepakt.

Verzoening

De laatste stop is de woning die Sarah Poot voor haar gezin ontwierp op een uitdagend hoekperceel van 78 vierkante meter, dat al vijftien jaar braak lag. De gevel oogt industrieel, door de keuze van de bakstenen, de indeling van de gevel en de stalen ramen, een wenk naar de voormalige fabrieksgebouwen aan de overzijde van de straat. Het plan is helder en doordacht. Twee muren, parallel aan de gemene muren, definiëren de kamers. Een driehoekige ruimte in de hoek van het perceel vormt een klein patio, waardoor licht van achteren het huis kan binnenstromen. Een trappenhal zit genesteld in de kleine hoek tussen de kamers, terwijl de wigvormige ruimte aan de straatzijde op elke verdieping een extra dimensie biedt: een ruime entreehal op de begane grond, een bovenmaatse nachthal en een overgangszone tussen de leefruimtes. Het wonen is omgekeerd. De slaapvertrekken bevinden zich op de eerste verdieping, terwijl de leefruimtes zich op de twee verdiepingen erboven bevinden, met een terras en daktuin. Ook hier zijn de leefruimtes over de verdiepingen heen met elkaar verbonden, en zijn er doorzichten die de ruimte verrijken. We bezoeken het huis net voor de lente aanbreekt. Een maand later zal het gezin opnieuw in de kruinen van de bomen wonen, het invallende zonlicht gefilterd door het gebladerte.

>>

poot-architectuur.be

Tekst en foto’s: ir.-arch. Arnaud Tandt