RUWBOUW  
Dimension 75 – februari 2025

Renovatie van spouwmuur met ETICS: hoe ontwerp je de aansluiting aan de muurvoet?

Je wil de thermische prestaties van een bestaande spouwmuur verbeteren met een composietsysteem voor buitengevelisolatie (ETICS). Dit vraagt om speciale aandacht voor de aansluiting bij de muurvoet. Een doordacht zorgt voor een goede isolatie en waterdichtheid en minimaliseert het risico op condensatie. Hoe ga je te werk?

Strategische factoren

Als langs buiten isoleren mogelijk is, geniet deze oplossing de voorkeur voor de renovatie van een spouwmuur. Vanaf de eerste overwegingen en vóór de start van de werken, moet je:

• de detaillering van de plint zorgvuldig ontwerpen (zie afbeelding ‘Vóór/na de renovatie’);

• de technische haalbaarheid van de na-isolatie van de spouw nagaan (zie afbeelding ‘Vóór/na de renovatie’, nr. 14). Deze oplossing laat immers toe om de eerste centimeters isolatie, die het doeltreffendst zijn, aan te brengen op de verticale wand en om luchtcirculatie achter het ETICS en de hiermee gepaard gaande warmteverliezen te vermijden.

Om te voldoen aan de energieprestatieregelgeving voor gebouwen (EPB) moet de lengte L van de weg van de minste warmteweerstand aan de muurvoet minstens gelijk zijn aan 1 m. Hiertoe moet aan de voet van de gevel een uitgraving van ongeveer 50 cm uitgevoerd worden om de isolatielaag te verlengen (zie afbeelding ‘Weg van de minste weerstand’).

Wanneer de isolatie dieper dan 50 cm onder het maaiveld komt, moet ze een grotere druksterkte hebben.

De voorziene oplossing voor de voet van de buitenmuur moet gebaseerd zijn op TV 250, op de typeoplossingen uit TV’s 257 of 279 en/of op de technische specificaties van de ETICS-leveranciers.

Wanneer er in het gevelmetselwerk geen vochtscherm aangebracht is (zie afbeelding ‘Vóór/na de renovatie’, nr. 4) of als dit scherm zich onder het maaiveld bevindt, moet er op een hoogte van ongeveer 15 cm boven het maaiveld een waterwerend product geïnjecteerd worden om capillair opstijgend vocht te vermijden.

Als het terrein onderhevig is aan waterbelasting (bv. afvloeiing) moet er een waterscherm geplaatst worden (zie nr. 11) om zijdelingse infiltraties of capillaire vochtopstijging te voorkomen (zie TV 250):

• tot ten minste 15 cm onder de bovenkant van de betonplaat;

• tot minstens 15 cm boven het afgewerkte buitenniveau.

Isolerende plint

Tussen de grond en de aanzet van het ETICS voorzie je een isolerende plint. Dat kan een ETICS zijn of een ‘veture kit’ (een geprefabriceerd element dat bestaat uit een afwerking gelijmd op isolatie) die geschikt is voor gebruik als plint.

De afwerking van de plint kan opgebouwd zijn uit een aangepast bepleisteringssysteem of uit een schokbestendig materiaal (natuursteen, baksteen, beton, ...).

De isolatie van de plint en de ingegraven isolatie (zie nr. 10 en 12) moeten vochtbestendig zijn. Ze moeten dus bijvoorbeeld uit XPS of EPS met hoge densiteit bestaan. De plintisolatie moet op de ondergrond verlijmd worden. Afhankelijk van de staat van deze laatste kan het echter nodig zijn om de plint mechanisch te bevestigen (vanaf 15 cm boven het afgewerkte buitenniveau als er een vochtscherm is). Om de ingegraven isolatie te beschermen, kan een noppenfolie (zie nr. 13) gebruikt worden.

De aansluiting tussen het ETICS en de isolerende plint moet uitgevoerd worden met een startprofiel (zie nr. 7), bij voorkeur uit kunststof om zogenaamde lijnvormige koudebruggen te vermijden, en een afdichtingsband (ook wel zwelband genoemd, zie nr. 8). Het profiel moet voorzien zijn van een efficiënte druiplijst, die ongeveer 2 cm moet uitspringen ten opzichte van de plint om aflopend regenwater van de gevel weg te leiden.

Tekst: Y. Grégoire, Buildwise – Foto’s: Buildwise