ARCHITOUR  
Dimension 65 – september 2022

BEL architecten

In deze nieuwe reeks bezoeken we samen met architecten een aantal van hun projecten om inzicht te krijgen in hun architectuurpraktijk. Jeroen Beerten van BEL architecten bijt de spits af.

Bureau

We ontmoeten Jeroen Beerten in de Helihavenlaan in Brussel, waar BEL architecten twee kleine handelsruimten in de sokkel van een appartementsgebouw tot hun kantoorruimte omgevormd hebben. Op mooie dagen – zoals deze laatste dag van mei – staat de glazen voordeur open en geeft ze meteen uit op het semipublieke groen. Jeroen en een medewerker zitten aan een bureau-eiland met vier werkplekken. Zijn medevennoot, Tom Louwette – de L van BEL architecten – en een andere collega werken van thuis uit vandaag. In het andere deel van het kantoor staat een grote vergadertafel, een rek volgestouwd met maquettes prijkt aan het raam. Aan de muur hangt een reeks beelden van de spectaculaire sporttoren die moet verrijzen langs het Vergotedok in de as van de Willebroekkaai. BEL architecten heeft net de wedstrijd gewonnen, samen met CRIT. architects en Bureau d’études Weinand. De bouwheer, de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting Brussel, heeft de ambitie om het gebouw op te trekken met hout van bomen uit het Zoniënwoud. De structuur van het dak is nu gepland als een Zollinger systeem, zoals Henri Lacoste graag toepaste.

Begin I

We vertrekken richting Kontich om twee van de eerste projecten van BEL architecten, toevallig voor dezelfde bouwheer, te bezoeken. De eerste stop is een schrijnwerkerij met atelier, showroom en kantoren. Voor de verbouwing werd de langsgevel van een van de twee bestaande loodsen aangepakt en werd de kantoorzone herdacht door een driehoekig stuk gevormd door de vooruitgeschoven loods erbij te nemen. De nieuwe, volledig glazen gevel aan de straatzijde is een grote vitrine op de begane grond en biedt de kantoren op de verdieping een uitzicht over de velden. Het schrijnwerk van de gevel – 6 x 15m – werd volledig in het atelier gemonteerd om daarna in één stuk naar buiten gebracht en bevestigd te worden. De kantoren liggen rond een atrium, waarin centraal een betonnen trap in een elegante boog omhooggaat. Dankzij de raampartij die over de volledige lengte van de gevel van het atelier loopt, baadt de werkruimte in daglicht. . Het onderste deel van de gevel werd afgewerkt met een aluminium bekleding in een getande vorm – met een knipoog naar Herzog & de Meuron – de deur voor de medewerkers werd quasi onzichtbaar ingewerkt.

Blauw huis

Vlakbij staat het blauwe huis, een archetypisch huis met vier topgevels, van nok tot wanden met petroleumblauwe PVC overtrokken. Het volume heeft geen goten, doordat de regenwaterafvoer op de vier hoekpunten zit ingewerkt. Het schrijnwerk is Ferrarirood, net als de gordijnen erachter. Een betonnen trap en terras sluiten aan bij de leefruimte op de eerste verdieping, de witgelakte stalen leuning is knap bevestigd aan de onderzijde van de treden en het terras. De structuur van de woning bestaat uit een betonnen skelet ingevuld met metselwerk voor de benedenverdieping waar het slaapgedeelte is. Daarboven is de leefruimte met een dakconstructie in CLT. De schuiframen schuiven aan de buitenzijde open en de CLT is zwart gebeitst, zodat het groene uitzicht optimaal tot z’n recht komt. . In de leefruimte zit boven de keuken een torentje – een leesruimte die in contact staat met de rest van het huis en die je bereikt met een spiltrap vanwaar het nog een opstapje is. Naast de spiltrap is er ook een luie trap die van de inkom naar de leefruimte leidt.

Bogen

In Genk hebben BEL architecten een wonderlijke sporthal gerealiseerd. Het is hun antwoord op een wedstrijdvraag om het bestaande sportcomplex te renoveren en uit te breiden. Het oorspronkelijke gebouw, een ontwerp van Isia Isgour en ingenieur André Paduart, wordt gekenmerkt door een opvallende schaaldakconstructie boven het zwembad. In plaats van aan dit volume te tornen, besloten de architecten om een nieuw gebouw op een afstand op dezelfde site te plaatsen. Het bestaande behield zo zijn karakteristieke uitzicht en tussen beide volumes ontstond een publieke buitenruimte. Het oude sportcomplex werd intern gereorganiseerd en gerevitaliseerd met heringerichte zalen en opgefriste kleedkamers. De nieuwbouw springt meteen in het oog door drie paraboolgewelven die met witte kunststof bekleed zijn. De kopse gevels zijn afgewerkt met witte geglazuurde bakstenen. De kantoren en ingang zitten in een zwevende stalen constructie die in de zijkant geschoven is. Het project werd uitgewerkt met Ney & Partners en Bureau Bouwtechniek. Hoewel de ontwerpers speelden met het idee om de dakconstructie in beton uit te voeren, werd dit onbetaalbaar geacht gezien de complexe bekisting. Bovendien waren de akoestische eisen uitdagend. De oplossing bestond uit een onderste structuur in beton met daarboven gebogen stalen profielen, akoestische panelen aan de binnenzijde en steeldeck op het dak. De sporthal meet 80 bij 60 meter, en is opgedeeld in twee zalen die elk in drie aparte speelvelden opgedeeld kunnen worden. Centraal tussen beide delen bevinden zich de kleedkamers, trappen leiden naar de hoger gelegen lobby, het dak schiet eroverheen. Dankzij tweehonderd daklichten baadt de sporthal in natuurlijk licht.

Begin II

Het laatste geplande bezoek brengt ons naar een villa uit de beginperiode van BEL architecten. Die is ontstaan uit een dialoog tussen architecten en opdrachtgever waarbij de Case Study houses – het Aluminaire House – én Palladio referentiepunten waren. Het conceptuele huis is gebaseerd op een raster van negen gelijke kamers, waarbij één hoek afgeschuind is. Een dubbelhoge ruimte met daaraan vier kamers met een glazen wand vormt het hart van het gebouw. Op de hoeken van het volume zitten telkens “dozen” met secundaire functies. De stalen structuur is wit geschilderd en wordt ragfijn waar ze in de dubbelhoge ruimte langs de trap gaat. Ook de geprofileerde staalplaat van het plafond is wit geschilderd. Buiten heeft de aluminiumhuid een gouden glans gekregen. Er zitten nog architecturale verwijzingen in het ontwerp. De stalen trap is geleend bij Marcel Breuer en het marmer op vloer, schouw én wandvlak bij Luigi Moretti. Het botst prettig met het heel antieke meubilair van de bewoonster, die er zich erg thuis voelt.

Bertem

Op de terugweg naar Brussel houden we nog even halt in de sporthal van Bertem, die nog maar recent opgeleverd is. Het is verleidelijk om aan de hand ervan de kenmerken van een ontwerp van BEL architecten te definiëren. Maar daarvoor is de sporthal misschien te ingetogen. Wantop onze architour hebben we enkele markante projecten van BEL architecten overgeslagen die we eerder zagen: de sport- en klasruimte in Gent, samen met Bob McMaster architecten, of het betontestcentrum ACB2 in Diepenbeek met dhoore_vanweert architecten of de ondertussen iconische watertoren in Beersel – een omgekeerde piramide in beton – gerealiseerd samen met Bureau d’études Weinand. De sporthal is niet zo in your face, maar toch zien we de speelse details, gedurfde kleuren en vooral het doordacht concept erin weerkeren. Als er nog een B ontbrak in onze opsomming – al zijn de tussentitels van dit artikel doorspekt met B’s – dan is het die van Bold. Het laatste wat ze bij BEL architecten willen doen, is meedrijven met de stroom. Maar hoe gedurfd hun ontwerpen ook zijn, nooit is de geste gratuit.

www.bel-architecten.be

Arnaud Tandt